Gemeente van Onze Heer Jezus Christus,
Haastig eten. Met je gordel om, je sandalen aan, je staf in de hand, in grote haast.
Eindelijk is het zover. Al die lange jaren van verdrukking zijn voorbij, eindelijk kan het volk vertrekken. Maar ook nu nog wordt er zorgvuldig gehandeld. Duidelijk wordt afgesproken wat er moet gebeuren. Wat een kracht zit er toch in deze symbolen. In het met elkaar eten, het delen, het breken van het ongezuurde brood. Het helpt om vast te houden aan rituelen als het leven onzeker is geworden.
Tot op de dag van vandaag en door de eeuwen heen wordt het pesachmaal zo gevierd, als een herinnering aan slavernij en een weg door het water naar het leven. Herdenken en vieren, zodat je niet vergeet wat belangrijk is, het vertrouwen in een God die omziet naar zijn mensen en hen bevrijdt.
Jezus viert Pesach zijn leerlingen. Hij deelt het brood en de beker, maar in deze bijzondere omstandigheden krijgen deze tekens een nieuwe lading. Ze worden een teken van zijn leven en sterven, een voorafschaduwing van Pasen. Want waar brood wordt gedeeld, de beker wordt doorgegeven, krijgen we een voorproefje op Gods koninkrijk. Zo is het leven bedoeld, om te worden gedeeld en geheeld.
Wat is het verdrietig dat we vandaag geen brood en wijn kunnen delen in de kerk. Dat we hier niet in de kring kunnen staan, om elkaar de matzes door te geven en de beker te delen. Maar soms moet je anders kiezen, vanwege de kwetsbaren een stapje terug doen en ruimte maken. Dat maakt verdrietig,
Maar toch is daarmee niet alles gezegd. Juist in deze vreemde dagen kunnen we oefenen om er op een andere manier voor elkaar te zijn. Om te delen in de gebrokenheid van deze wereld. Om te delen in de broosheid van dit bestaan. Om elkaar te vertellen over leven door de dood heen, over gebroken brood dat voldoende is voor wie hongeren. Om uit handen te geven wat te groot voor ons is. Om het uit te houden in deze tijd van onzekerheid.
Lieve gemeente,
Vandaag gedenken we een volk dat in slavernij leefde, maar dat door de eeuwen heen bleef vertellen over bevrijding, over de Eeuwige en zijn merkwaardige voorkeur voor kwetsbare mensen.
We gedenken Jezus, zoon van God, die brood deelde met zijn leerlingen, die aan de vooravond van zijn dood een weg wees ten leven.
Zo blijven we vertrouwen dat gebroken brood voldoende is voor wie hongeren, dat er leven mogelijk is, ook als we overspoeld worden door zorgen en verdriet. Zo vieren we dit jaar Pasen, heel anders dan alle andere jaren. Als een oefening in vertrouwen, als een koppig vasthouden aan licht in de nacht, als een zingen tegen de duisternis in. We vertrouwen dat we nergens van God verlaten zijn, Hij weet ons te vinden, ook als we moe en moedeloos zijn, Hij laat zijn mensen niet los. Al eeuwenlang zijn mensen ons voorgegaan op de weg van geloof. En al lijkt Gods liefde soms verborgen in de stilte, altijd weer is er gezongen, gedeeld, gebeden en verteld. Zo gaan we deze paasdagen in, vol vertrouwen dat er een moment komt waarop wij weer ons brood kunnen delen, waarop we samen kunnen zingen en bidden. In de tussentijd ontsteken we een licht voor elkaar, vertellen vasthoudend het verhaal van die Ene, die in de diepe duisternis nabij bleef en ons zo nabij bleef dat we nergens van God verlaten zijn.
Amen.