Meditatie in de vesper op 5 mei 2019 door ds. Antoinette van der Wel

Dit bericht is verlopen op 2019-07-05

Er is een tijd om je in te houden

te doen alsof je niets ziet,

Daarvoor is een tijd - maar dat is niet nu!

 

Soms moet je gaan –

ongevraagd

Soms moet je spreken

zonder toestemming

Soms moet je in beweging komen,

terwijl iedereen zegt te blijven

waar je bent

Nee echt niet, niet nu!

 

Deze songtekst van de Amerikaanse zwarte vrouw Mandisa is geïnspireerd door het verhaal van Ester. Soms moet je spreken! Soms moet je gaan! Soms moet je in beweging komen. Zo durfde zij zelf haar stem te verheffen tegen racisme en tegen alle mensen die haar bekritiseerden om haar obesitas. Ze stond op. Hiervoor ben ik geboren!

 

Ester staat met een rechte rug voor de koning. Ze legt haar angst af. Er is meer in het geding dan haar eigen veiligheid. Zo blijkt ze in haar verhaal meer te zijn dan alleen een beeldschoon meisje. Waar ze in eerste instantie er het zwijgen toe doet, komt er een moment waarop dat zwijgen niet langer mogelijk blijkt. Ze komt tevoorschijn uit de anonimiteit, om haar volk te redden. Wanneer Haman dreigt haar mensen uit te roeien kan ze niet meer veilig verstopt blijven zitten in het harem van de koning. Ze staat op! Vraagt om recht voor haar volk!

 

Soms moet je spreken! Soms moet je gaan! Vandaag vieren we Bevrijdingsdag, omdat er gelukkig ook toen mensen opstonden die opkwamen voor anderen. Die met gevaar voor eigen leven joden naar onderduikadressen brachten, die kinderen weg smokkelden, die zich bleven verzetten tegen het nazisme. Ze inspireren mensen vandaag om hetzelfde te doen. Om op te komen voor wie geen recht meer heeft.

 

Soms moet je spreken. Opkomen voor mensen die stemloos zijn geworden. Vrijheid van spreken brengt een grote verantwoordelijkheid met zich mee. Waar gebruik je taal voor? Is het bedoeld om mensen onderuit te halen? Om anderen weg te zetten als tweederangs of minderwaardig? Of is het bedoeld om mensen te helen, te redden, te troosten.

 

Soms moet je spreken. Wat voor taal gebruik je? Taal die ruimte schept? Taal die uitnodigend is? Taal die scherp en snijdend is?

 

Is vrijheid een vrijbrief om te doen wat jij wil? Of juist de mogelijkheid om de ander veilig te laten leven?

 

Is geloofstaal bedoeld om de ander te overtuigen van jouw gelijk? Of om die ander in het licht te zetten?

 

Als Ester de moed vindt om te spreken schept ze ademruimte voor haar volk.

 

Zou dat geloven zijn, ademruimte scheppen, vertrouwen dat Gods liefde verder reikt dan elke menselijke grens en vol verwachting uitzien naar een rijk van vrede? Ik vermoed met Ester van wel.

 

Soms moet je gaan! Soms moet je spreken! Soms moet je in beweging komen. Dat zou zo maar eens vandaag kunnen zijn.

 

 

Lezing: Ester 5, 1-8